Elk jaar rond deze tijd gebeurt het weer: de speelplaats kreunt zachtjes ‘Hoe lang nog?’ en zucht tegen de muren ‘Waar blijven ze toch?’
Ze voelt zich leeg en verlaten, mist het spelen en het praten, het kwebbelen en het kriebelen, het shotten en het wiebelen.
En in de verte, als je goed luistert, hoor je ook al een juf die zucht. Of een meester op de dool, een meester die fluistert: ‘Mag ik weer naar school? Alstublieft?’
‘Nog even!’ zingen de kinderen dan plagend. ‘Nog even moet je zonder ons kunnen leven... Straks mag je ons weer testen en met sommen en woorden het bloed van onder onze nagels pesten.’
‘En dan worden jullie snel weer moe. En dan klagen jullie in koor: Wat zijn we toch dringend aan vakantie toe!’
Ja, nog eventjes geduld, lieve meester, aardige juf, jullie klassen worden dra weer met ons kabaal gevuld!